Andere reisvehalen

Reisverhalen Annie


 

Dag 15 maandag 29 april Farmington NM en omgeving

 

Na een frisse nacht vanmorgen even de kachel aangedaan om de koude uit de camper te drijven, ondanks dat de zon er al staat is het ook buiten frisjes.

Tijdens het ontbijt bel ik even met Enterprise en de dame zegt dat de pickup er aan komt dus lopen we naar het kantoor.

Een klein kwartiertje later een auto stopt de jongedame vraagt of wij op een wagen van Enterprise wachten en na dit bevestigd te hebben stappen we in, op de route naar de vestiging van de firma pikken we nog een persoon op en nog geen tien minuten later zijn we op het verhuurstation.

Daar is het redelijk druk dus moeten we even wachten voordat onze papierwinkel afgehandeld kan worden, we kijken ondertussen wat er voor auto’s staan, dat zijn er niet veel en een midsize die wij geboekt hebben staat er al helemaal niet, dat zal dus en fullsize worden waarschijnlijk.

Als de papieren zijn afgehandeld zegt de dame dat onze auto gewassen wordt en binnen tien minuten klaar is het wordt de Ford Edge waarmee we ook zijn opgehaald, als de wagen klaar is wordt hij door huurder en verhuurder nagelopen op schades iets wat we bij een huurauto nog niet hebben meegemaakt, een mini sterretje wat ik in het voorraam vindt wordt ook keurig genoteerd en dan kunnen we op pad.

Eerste stop is een Hobby-Lobby zaak die we op de heenweg al gezien hadden, weer wat spulletjes rijker en $$ armer rijden we vervolgens naar de campground om onze spullen op te halen.

Voor we de wildernis ingaan stoppen we even bij de Subway om de lunch te scoren en dan gaan we de NM-371 zuid op, eerst de klim het dal uit en vervolgens weer tussen de groene cirkels door daar worden hele stukken beboerd door de Navajo in coöperatieverband er staat ook een heel complex met silo’s voor graan en maïs opslag.

De mobile asfaltcentrale voor de werkreconstructie is nu volop in bedrijf, de asfaltwagens (onderlossers) rijden af en aan.

Tussen milemarker 70 en 71 zien we het bord van Bisti Wildernis Area staan bij de afslag en in een grote stofwolk rijden we de eerste twee mijl tot de afslag naar Bisti Badlands daar staat tegenwoordig ook een wegwijzer, maar goed het is ook al zes jaar geleden dat we hier voor het laatst waren.

We rijden de twee parkeerterreinen aan de rechterkant voorbij en parkeren bij het gebied wat aan de linkerkant ligt, de net gewassen zwarte Edge ziet iets of wat grijs aan de achteren zijkant maar dat is maar stof zullen we maar denken.

Schoenen aan, water in de tas, fototoestel om de nek en op pad, we slingeren van links naar rechts en terug iedere stap nieuwe sculpturen ontdekkend en volop foto’s makend.

Tijdens een korte snackpauze komt een kleine groenige lizard ons gezelschap houden, het dier is op een of andere wijze het grootste deel van zijn staart kwijtgeraakt je kan al wel zien dat die weer aan het aangroeien is.

Na zo’n twee en half uur zijn we terug bij de auto en is het tijd voor de lunch, daarna rijden we terug richting Farmington om daar de US-64 west te nemen richting het plaatsje Shiprock we willen de voor de Navajo heilige 7178 feet hoge Shiprock berg van wat dichterbij bekijken.

In Shiprock nemen we de US-491 zuid en vervolgens de BIA-13 west maar dichterbij kunnen we niet komen of we moeten een van de dirtroads nemen, die zijn niet genummerd en dus waarschijnlijk privé wegen van de daar gelegen boerderijen, om problemen met de lokale bevolking te voorkomen doen we dat maar niet en beperken ons tot wat foto’s vanaf de BIA-13

Dezelfde route terug gereden en in Shiprock nog even een stop bij de Mc.D. Voor een Frappé.

Eenmaal terug op de campground de airco van de camper op volvermogen gezet want daar was het behoorlijk heet in geworden, wat met de GPS zitten stoeien zodat we morgen hopelijk King of Wings kunnen vinden.

Gereden: camper niet, auto 170 mijl

Getankt: niet

Campground: Mom & Pop RV Park, kosten $ 22,00 met full hookup en wifi

 

Dag 16 dinsdag 30 april Farmington > King of Wings > Farmington

 

Vandaag moet het dan gaan gebeuren, we gaan de Koning een hand geven of te wel op zoek naar King of Wings (KOW) een schitterende hoodoo waar de exacte locatie lang van geheim is gehouden.

Als we hem vinden zijn we Nederlands nummer drie en vier die dat gaat lukken nadat Sonja en David vorige week met de Belgische Leen en Roel er geweest zijn.

Na het ontbijt gaan we weer eerst langs de Subway om een footlong voor de lunch daarna nog even tanken voor de zekerheid dus een stop bij de maatschappij die een grote schelp in zijn logo heeft.

Die is niet erg vriendelijk voor buitenlanders met de creditkaart aan de pomp gaat niet, omdat hij de postcode niet herkend iets wat tot op heden overal wel lukte met de eigen postcode met een nul er achter, de zeer onvriendelijke bediende in de winkel wilde de pomp niet vrijgeven alleen als ik een bedrag noemde, weet je wat geef mijn kaart maar terug er zijn vast wel benzinestations die mijn klandizie wel op prijs stellen, goedendag.

Volgende pomp gewoon met de eigen postcode kunnen tanken.

Daarna de NM-371 zuid weer op nu niet tussen milemarker 71 en 70 er af maar tussen milemarker 60 en 61 daarvoor moesten we wel even achter de Pilotcar langs het wegwerk, waar een asfaltfrees van 3,50 meter breed in een keer een hele weghelft weg freesde een kleine honderdvijftig meter daar achter werk gelijk een nieuwe laag asfalt aangebracht.

We gaan linksaf de Road 7650 een dirtroad die volgen we een kleine tien mile en dan zien we de windmolen die als oriëntatiepunt dient, na het veerooster gaan we gelijk rechtsaf een karrespoor op.

Net voor dat veerooster ziet men aan de rechterkant trouwens ook nog een jaknikker staan op een kleine honderd meter van de weg.

We rijden over het karrespoor naar de windmolen en parkeren de auto.

Eerst de locatie van de auto vastleggen in de GPS zodat we een waypoint hebben om hem terug te vinden, het waypoint van KOW had ik gisterenavond al in gegeven, dus kan hij de route uitzetten.

Schoenen aan en alle spullen in de rugtassen en we kunnen op weg.

Het is zonnig maar in de verte wel mistig van de enorme hoeveelheid stof die in de lucht zit en erg staat een zeer harde wind waar we vooral op de terugweg erg veel last van hebben, hij snijd de adem af en blaast je bij ogenblikken bijna omver.

Niet ideaal voor zo’n hike, maar we gaan er toch voor.

Achter de windmolen door het hek wat we weer keurig sluiten en op pad, na nog geen twintig meter kom ik al een Mammillaria soort en verschillende Opuntia’s tegen, als dat zo door gaat komen we nooit waar we naar toe willen.

Niet te veel naar beneden kijken en doorlopen, hoewel men moet wel naar beneden kijken om de vele hopen koeien en paarden uitwerpselen te omzeilen, gezien de schaarse vegetatie snap ik niet dat er zoveel ligt, de daders krijgen we de hele dag niet te zien.

Na twee heuvels, eigenlijk drie als je die aan het begin meetelt komen we in een gebied met (betoniet) klei, dit zijn allemaal heuvels waarvan vele niet te beklimmen zijn dus is het zoeken naar de gemakkelijkste weg zonder dat met veel moet klimmen en dalen.

In de dalen van de heuvels waar het water door afgevoerd wordt vinden we heel veel versteent hout veel kleine stukjes maar ook een paar stammen van zo’n anderhalf tot twee meter lengte.

Ook zien we al veel hoodoos op de route.

We hebben waarschijnlijk iets te veel links aangehouden tijdens het foto’s maken en vinden waar wij lopen geen mogelijkheid om af te dalen naar het dal waar KOW te vinden is.

Uiteindelijk vinden we een mogelijkheid om in het dal te komen, maar dan is het flink zoeken naar de goede locatie, we dwalen dan ook een half uurtje rond voor we hem uiteindelijk vinden.

We zijn dan al een kleine drie uur onderweg, de wind en hoge temperatuur spelen hier zeker in mee.

Eerst een plekje zoeken waar we een beetje uit de wind zitten om te eten en op adem te komen.

Daarna is het tijd om de koning langs alle kanten te fotograferen als we na een half uurtje genoeg foto’s hebben beginnen we aan de terugtocht.

Nu zien we kans om gelijk naar boven te lopen, als we eenmaal boven nog eens omkijken is de formatie niet als KOW te herkennen.

We beginnen aan de oversteek van de kleiformaties ons weer een weg zoekend door de vele soms diepe en steile wanden, hierbij moeten we nog een keer een andere route zoeken omdat we niet allebei, boven konden komen mij lukt dat met die lange stelten meestal nog wel maar de bovenlaag verkruimelde onder Annie haar voeten ze had geen grip meer om boven te komen dus een stukje verder en daar lukte het wel.

De terug weg is door de wind die we nu tegen hebben zeker geen pretje dus regelmatig even met de rug naar de wind op adem komen.

Als we boven op de tweede heuvel staan kunnen we de top van de windmolen zien dus weten we dat wel op de goede weg zijn het is dan nog wel bijna een mijl lopen maar het geeft de burger moed.

De auto zien we pas staan als we op het laatste heuveltje staan en dan zijn we er al bijna uit.

De terugweg heeft ons bijna twee uur gekost, auto van slot motor starten en de airco op vol vermogen om de auto te koelen en dan mogen de schoenen uit.

Het was een redelijk zware hike maar zeer zeker de moeite waard, eigenlijk moet men hier veel vroeger aan beginnen zodat men meer tijd heeft om de omgeving van KOW te verkennen want naar mijn idee liggen er hier vele verborgen mooie formaties.

Over de route er naar toe, de 7650 lag erbij als een salonweg, wel waren de sporen die door verschillende wagens tijdens nat weer gemaakt waren nog goed te zien vooral aan de zijkanten, de laatste mijl naar de windmolen had wat diepe sporen maar daar kom met goed omheen/langs rijden.

Zoals de route er vandaag bij lag zou ik hem ook met de camper durven/kunnen rijden ook het laatste stukje aangezien de camper een hogere vrije ruimte heeft dan de meeste SUV’s.

Dit is natuurlijk geen garantie dat het volgende week nog zo is, want na iedere bui regen kan de situatie weer volledig anders zijn.

We rijden terug richting Farmington als we de stad naderen zien we dat de achterliggende bergen volledig aan het zicht onttrokken worden door het stof wat in de lucht zit.

Op naar de campground en na eerst het vochtniveau te hebben opgekrikt zoeken we de douche op om al het stof wat door de harde wind uit alle hoeken en gaatjes/naadjes te spoelen.

Een dag om niet snel te vergeten vermoeiend maar zeer mooi, hoe we ons morgen kunnen bewegen is afwachten.

Het was onze allereerste GPS ervaring en of er nog veel zullen volgen valt te bezien we zijn er beide nog niet echt fan van.

Vanavond de auto alvast afgetankt zodat we die morgenvroeg in kunnen leveren, het verhuurstation ligt op de weg naar Durango, onze volgende stopplaats dus rijden we met camper en auto daar naartoe, denk dat ik de camper moet besturen want daar heeft Annie nog niet zo veel zin in.

Gereden: camper niet, auto 126 mijl

Getankt: Farmington, auto 13,443 gallon á $3,489

Campground: Mom & Pop RV Park, kosten $ 22,00 met full hookup en wifi

 

Dag 17 woensdag 1 mei Farmington NM > Durango CO

 

Na het ontbijt alle spullen weer een plekje gegeven, als de camper drie dagen niet van zijn plaats is geweest ligt er heel wat dingen die in die dagen gebruikt zijn en die wil je niet los hebben liggen tijdens het rijden.

Via locale wegen op weg naar het verhuurstation van Enterprise om de Edge in te leveren hij was wel grijs in plaats van zwart maar dat was geen probleem, ook bij het inleveren wordt de auto dus weer na gelopen op eventuele schade maar die was er niet dus we kunnen zo verder rijden.

Omdat het maar een uur rijden is naar Durango had ik wat gezocht om onderweg te bekijken, we zouden naar Aztec Ruins National Monument kunnen gaan maar we hebben al zoveel verschillende Indian Ruins bezocht dat we deze maar overslaan.

De route naar en langs Navajo Lake lijkt hoewel niet aangegeven als scenicroute wel mooi dus vanaf Enterprise draaien we de NM-516 oost op om bij het plaatsje Aztec de NM-173 noordoost op de draaien, de weg is niet breed en met veel schade wat even wat meer opletten vraagt, het is wel een prachtige route met schitterende rotsformaties.

We zien onderweg dat hier ook erg veel olie en gas gewonnen wordt, veel jaknikkers en installaties die gas oppompen al die installaties zijn groen geschilderd zodat ze wat minder opvallen in het landschap.

In het plaatsje Navajo Dam gaat de NM-173 over in de NM-511 en die gaan we noord op richting de dam, boven op de dam is een viewpoint waar men zicht heeft op naar het noorden Navajo Lake en naar het zuiden de San Jan River.

In de dam zit een kleine elektriciteitcentrale en aan de bovenkant zit er nog een overstort (spilway) voor als het water in het reservoir te hoog komt te staan, dat kan nog wel even duren want het waterniveau staat nu zeker vijftig meter onder de overstort.

Het hele meer is een State Park met voornamelijk waterrecreatie, men kan er vissen, varen, zwemmen (wel koud) overnachten kan op een paar campgrounds en op grote houseboots die bij de Marina liggen.

Langs het gedeelte van de San Juan River wat binnen het park ligt zijn verschillende dagrecreatie velden en ligt ook nog een campground.

Wij vervolgen onze route over de NM-511 en komen daar een aantal koeien met flink wat kalfjes tegen die langs de weg staan te grazen het is hier “open ranch” gebied zonder afrastering, dus zeker in bochten extra opletten.

Na een flinke afdaling gaat de NM-511 over in de CO-172 zodra we Colorado binnen rijden die volgen we west de weg wordt ook een stuk breder en beter.

In de verte zien we dat de Rocky Mountians hier nog een flinke witte hoed hebben niet zo vreemd want er zitten heel wat toppen bij die ruim boven de 14.000 feet komen.

We zitten nu in het Southern Ute Indian Reservation we komen door een paar leuke plaatsjes en bij Loma Linda komen we op de US-160 welke we west opgaan richting Durango even later sluit de US-550 ook aan op deze weg dat is dus de korte route vanuit Farmington.

Aan het begin van Durango komen we in het winkel gebied waar ook een Walmart supercenter zit daar vullen we de voorraden aan, want na Durango gaan we wat winkel aanbod aangaat een beetje niemandsland in.

Na de boodschappen rijden we door Durango (leuke plaats trouwens) naar de campground aan de andere kant van de stad en melden ons op het kantoortje voor een plek voor de nacht, camper op zijn plaats en tijd voor de lunch het is inmiddels 01:30pm.

De Durango and Silverton Narrow Gauge RailRoad loopt dwars door de campground en dan hebben we ook nog een plek gekregen die direct aan het spoor ligt dus als we een trein horen fluiten is het vlug naar buiten voor een foto.

Het is puur een toeristen spoorlijn dus er komen maar een paar treinen per dag, vanmiddag hebben we denk ik het geluk dat een van de locomotieven een proefrit maakt want er komt een locomotief met kolenwagon langs die later op de middag ook weer terug komt en er komt een complete trein langs die van Silverton naar Durango gaat.

Gezien de temperaturen zou je bijna medelijden krijgen met de mensen die een open rijtuig geboekt hebben, want dat zal niet warm zijn.

De rest van de middag ontspannen we lekker na de zware dag van gisteren.

Zodra de zon verdwijnt zakt de temperatuur rap onder de tien graden en voor vannacht wordt er zelfs vorst afgegeven dus gaat de kachel rond 08:30pm al aan en zullen de fleecedekens weer als extra op het bed gelegd worden, ook de kachel zal vannacht op standby blijven om schade aan de waterleidingen te voorkomen.

Het voorjaar moet hier eigenlijk nog beginnen, de meeste loofbomen zijn nog kaal met hier en daar wat nieuw blad en uitlopende knoppen.

Gereden: camper 94 mijl, auto 4 mijl

Getankt: niet

Campground: United Campground, kosten $ 37,77 met full hookup en wifi

 

Dag 18 donderdag 2 mei Durango CO > Montrose CO

 

Het was weer fris/koud vannacht dus eerst de kachel op gang geslingerd, geen vorst maar het heeft er niet ver vandaan gezeten.

Vanmorgen op het gemak gestart we hoopten dat de stoomtrein vanmorgen langs zou komen maar helaas vandaag geen trein, had al gezien dat het zomerschema start op vier mei dus gisteren was puur geluk dat er een trein reed.

We verlaten de campground rond 09:15am en trekken noordwaarts de wegnummers is gemakkelijk, want dat is er maar één namelijk de US-550 noord.

Als we nog maar net onderweg zijn zien we ineens een bron aan de kant van de weg een beetje verscholen, dus net te laat om de parkeerstrook op te draaien maar even verder kunnen we wel omdraaien, een stukje terug en dan weer een U-turn de weg is hier breed genoeg om in een keer om te draaien.

Het blijkt een Hot Spring te zijn en wel de Pinkerton Hot Spring, wat we zien is niet de eigenlijke bron die ligt wat verder weg, men heeft middels een pijpleiding de bron afgetapt en laat hem hier weer boven de grond komen middel in een (Manmade) cone.

De bron is genoemd naar een heer Pinkelton die in 1875 in deze omgeving een boerderij had waar hij zuivelproducten maakte voor de mijnwerkers, hier werd ook het bronwater voor gebruikt.

Vanwege het vermoeden dat er een heilzame werking aan het water zat is het ook een periode gebotteld en als (heilzaam)drinkwater verkocht.

We gaan weer verder en stijgen langzaam aan en na Tacoma gaat het echt naar boven, niet veel later zien we de eerste sneeuw al naast ons in plaats van (hoog) boven ons.

Het duurt dan ook niet lang of we halen de vesten uit de kast om aan te doen als we naar buiten gaan voor een foto en dat doen we zeer regelmatig bijna iedere mogelijkheid om de camper van de weg te parkeren wordt benut.

Veel mooie uitzichten en besneeuwde bergtoppen maar ook watervallen en stukken rots waar grote ijspegels aanhangen door de vorst op deze hoogte, we komen zelfs nog een natuurlijke drempel tegen die gevormd is door opnieuw bevroren smeltwater wat over de weg loopt.

Als eerste mogen we de Coal Bank Pass beklimmen met een hoogte van 10.640 feet en na een flinke afdaling is de Molas Pass met 10.910 feet de volgende puist waarna het in gestrekte draf op Silverton afgaat.

Dit is het eindpunt van de spoorlijn, we nemen even een kijkje in het stadje, vandaag geen trein dus bijna alle winkels zijn gesloten, een korte fotostop bij het stationnetje en we rijden het stadje weer uit, Silverton telt trouwens maar één asfaltweg Greene Street alle andere straten zijn dirt/grind.

Vanaf Silverton naar Ouray heet de San Juan Highway ook de Million Dollar Highway voor deze naam zijn twee verklaringen.

De eerste is dat de kosten voor het aanleggen van dit stuk weg $ 1.000.000 per mijl gekost heeft.

De tweede is dat er in het puin wat voor de weg gebruikt werd nog zoveel goud zat dat het minimaal nog $ 1.000.000 aan goud zou bevatten.

Omdat men de weg letterlijk uit de berg heeft geblazen met dynamiet lijkt het mij dat men geen extra puin heeft moeten aanvoeren voor de weg dus is de eerste verklaring met meest aannemelijke.

We klimmen naar Red Mountian Pass dat is met 11.018 feet het hoogste punt waar wij komen vandaag, daarna de afdaling richting Ouray met nog een stop bij Bear Creek Fall een schitterende waterval die hoog van de berg onder een brug door in de diep in het dal gelegen Uncompahgre River stort, er is een ruime parking en men heeft er een (mini) skywalk gemaakt voor een beter zicht op de waterval, geen glazen skywalk maar een metalen platform met reling boven de waterval.

Daarna door het leuke plaatsje Ouray vernoemd naar een Ute Chief die een belangrijke rol heeft gespeeld bij de onderhandelingen over de aanleg van de Million Dollar Highway.

Het wordt wat vlakker en via Portland en Ridgway gaan we richting Montrose.

De geplande campground in Ridgway State Park hebben we gisterenavond al vervangen door een private campground zes mijl verder, omdat we daar alle voorzieningen en wifi hebben voor maar een paar $$ meer.

Om 01:50pm waren we op de campground dus de twee uur die dom-dom voor de route opgaf hebben wij vier en half uur over gedaan door de vele stops onderweg.

De campground is sinds gisteren (1 mei) weer open dus we hebben geluk, in de laatste mijlen naar de campground zagen we al veel hoge hekken en waarschuwingen voor wildlife en ook de dame die ons inschrijft heeft het over het vele wild wat hier rondloopt.

Ze geeft ons een plek aan de rand van het park met zicht op de weilanden en dat loont zich verder op de middag, rond 04:30pm kwamen de eerste Deers uit de bosrand om weer te verdwijnen in een klein wilgenbosje midden in het weiland en een half uurtje later kwamen ze weer tevoorschijn en gingen lopen grazen in de weilanden.

Wat later kwamen een stuk de andere kant op ook en groep Elks tevoorschijn gevolgd door nog een groep of drie.

Al bij al telden we in de verschillende groepen zo’n honderd dieren dus daar geen klagen over, een minpuntje was dat ze erg ver weg bleven dus mooie close-up foto’s zaten er helaas niet in.

Ook vandaag weer een korte maar schitterende rit gehad.

Gereden: 96 mijl.

Getankt: Silverton, 21,923 gallon á $ 3,649 $0,10 korting bij cashbetaling

Campground: Centennial R.V. Park and Campground, kosten $ 35,58 met full hookup en wifi

 

Dag 19 vrijdag 3 mei Montrose CO > Blanding/Bluff UT

 

Vannacht heeft het gevroren, had er gezien de temperatuursdaling gisterenavond al zo’n voorgevoel van en de waterslang al afgekoppeld en opgeborgen.

Er was ook wat meer wind gekomen dus het dakraam van de badkamer dichtgedaan en de kachel iets hoger gezet, zodat het wat aangenamer was bij het opstaan.

Rond 08:45am reden we van de campground weg, eerst even een stukje de US-550 noord naar Montrose gereden om wat boodschappen en de tank te vullen ik had gisterenavond nog even op Gasbuddy.com gekeken en daar gezien dat Montrose minstens $ 0,20 goedkoper was dan de andere plaatsen op de route.

De boodschappen waren zo gedaan bij de Dollar Tree en ook de goedkope pomp was vlug gevonden.

In een van de tuinen langs de US-550 was de beregening vannacht aan blijven staan wat tot gevolg had dat een aantal struiken en een boompje helemaal bedekt waren met lange ijspegels, mooi zicht zo ’s morgens vroeg.

Na de boodschappen gaan we de US-550 weer op maar nu zuid om bij Ridgway de CO-62 west te nemen gelijk buiten het stadje worden we weer omhoog gestuurd en komen we weer in de sneeuw uit niet zoveel als gisteren maar er ligt nog wel een en ander we rijden door een Alpenachtige omgeving.

Bij Placerville gaan we rechts de CO-145 zuid op en rijden door San Miguel Canyon een schitterende canyon die met zijn donkerrode rotsen het Utah gevoel al wat naar boven brengt.

Uit deze canyon weer omhoog en dan komen we op de hoogvlakten rond Norwood waar veel veeteelt is naast koeien zien we ook veel schapen.

Vervolgens de CO-141 zuid en daar komen we de Dolores River tegen geen schoonheid, want ze is chocoladebruin van het vele slik wat ze meevoert, we worden Slick Rock Hill opgestuurd denk het hoogste punt van vandaag.

Schitterend gebied wat wel wat aan de Slickrock langs Sand Flats Road bij Moab doet denken.

Weer een hoogvlakte gebied waar vooral rond Egnar veel landbouw is maar dan weer gericht op de productie van veevoer zoals maïs en gras.

Bij Dove Creek komen we op de US-491 west en vanaf gaat het naar beneden, we rijden Utah binnen, we zien aan de rechterkant (noordelijke) weer besneeuwde bergtoppen dat zijn de La Sal Mountains bij Moab.

We komen uit in Monticello waar we een nog een korte stop maken om een aantal Murals te fotograferen.

We gaan de US-191 zuid op ‘zijn we die al niet eerder tegen gekomen deze reis’ en stoppen bij een loods waar allerlei dierenbeelden staan voor de lunch, het bedrijf was gesloten en het hek op slot dus foto’s maken was niet eenvoudig zonder hekwerk voor de lens.

We gaan verder door Blanding en Bluff om net buiten Bluff de weg naar de campground op te draaien.

We kijken naar de camp rules in verband met generator gebruik en als dat goed is zoeken we een vrij plek uit waar de camper inpast, camper op zijn plaats, enveloppe invullen en $$ indoen en in de betaalpaal stoppen en dan lekker in de zon.

Hoewel die is behoorlijk sterk dus zoeken we eerst een plekje in de schaduw.

Om 03:00pm zijn we geïnstalleerd iets wat omdat er geen hookup is vlug gedaan in hydraulische levelers uit, beide slides uit en klaar.

We staan op Sand Island een campground van de BLM aan de San Juan River, voor de kenners van deze regio je kan de campground zien liggen als je over de brug die over de San Juan River ligt rijdt.

Daar waar de US-191 en de UT-163 ieder hun eigen weg gaan.

In een boom bij onze plek zit een kleine lizard die aan het vervellen is, mooi beestje met een soort van donkere halsband net achter de kop, als je beweegt schiet hij weg maar een paar tellen later is hij weer terug dus lukt het aardig om een aantal foto’s te maken.

Achteraf blijkt het geen lizzard te zijn maar een Halsband Leguaan te zijn.

Ben ook nog even naar de San Juan River gelopen maar omdat de campground aan de hoge kant van een bocht zit met zanderige oevers die door het water steeds afkalven kan men niet bij het water komen.

Dat water is trouwens net zo chocoladebruin als in de Dolores River.

De rit vandaag was vooral wat het Colorado gedeelte aangaat weer erg mooi, de route door Utah hebben we vanuit of naar Moab rijdend al meerdere keren gedaan dus die kent weinig verrassingen.

Gereden: 118 mijl.

Getankt: Montrose, 21,434 gallon á $ 3,499

Campground: Sand Island Road BLM, kosten $ 10,00 alleen pittoilets.

 

Dag 20 zaterdag 4 mei Blanding/Bluff UT > Torrey UT

 

Het koelt hier flink af gedurende de nacht, gisterenmiddag zaten we aan zesentwintig graden, maar half in de nacht sprong de kachel bij wat betekend dat het in de camper onder de tien graden is.

Zonder hoge bergen in de omgeving gaf de zon al vroeg zijn warmte zodat de temperatuur al vlug aangenaam werd.

Om 08:20am waren we al onderweg we besluiten om het beroemde punt waar men Monument Valley met de UT-163 op de voorgrond kan fotograferen even mee te nemen, ondanks dat we er al meerdere keren geweest zijn hebben we die foto nog niet gemaakt.

We volgen dus de UT-163 eerst west en daarna oost terug tot de UT-261 noord ook de afslag naar Goosenecks State Park dat is de UT-316 slaan we niet over om de beroemde drie bochten in de San Juan River te bekijken.

Het is daar druk, er staan verschillende auto’s en wat verder langs de rim tellen we een stuk of tien campers die er de nacht doorgebracht hadden waaronder een paar rentals, veel mensen weten schijnbaar dat je hier gratis kan overnachten, enig nadeel is dat er maar een pittoilet staat bij het viewpoint en je staat er vol op de vlakte dus bij harde wind geen beschutting want het hoogste stuikje komt niet boven de vijfenzeventig centimeter.

We volgen de UT-261 verder noord en komen langs de ingang van Valley of the Gods, een stukje verder komen we onderaan een hoge rotswand en men ziet dan geen weg naar boven lopen, tot het asfalt ophoudt en men op een gravelweg uitkomt, de beroemde Moki Dugway die over een lengte van drie mijl met een aantal scherpe switchbacks naar de top van het plateau (Cedar Mesa) klimt, men moet 1.100ft omhoog.

De scherpste bochten zijn geasfalteerd maar verder is het gravel, puin en slickrock hij ligt er slecht bij deze keer veel wasbordvorming ook op de rechte stukken.

Geen weg voor mensen met hoogtevrees want dat hij behalve steil is zijn er ook diepe afgronden gelijk naast de weg en er is geen vangrail ook is hij plaatselijk behoorlijk smal, er zitten een paar stukken in waar je zeker met een camper geen tegenliggers kan gebruiken.

In de eerste bocht gaat het al bijna mis, er komt een auto met boottrailer naar beneden die denkelijk niet wist waar hij aan begonnen was, want met een bleek gezicht kwam hij volledig door de binnenbocht, en wist zo vlug niet wat te doen toen daar een camper stond, zag het al aankomen en was voor de bocht gestopt, ja als je de kortste route van de GPS volgt kan je verrast worden.

Wij gaan naar boven en maken daar waar ruimte verschillende fotostops onderweg, het bord waar behalve de wegnaam en hoogte altijd een heleboel stickers op zaten is nu helemaal weg alleen twee kromme palen waar het ooit aanzat staan er nog.

Eenmaal boven krijgen we weer asfalt maar daar maken we geen gebruik van we gaan gelijk linksaf de Muley Point Road op (CR-241) deze dirt road ligt er goed bij voornamelijk klei dus niet bij nat weer begaanbaar, we gaan naar Muley Point waar men een 360 graden beeld heeft van de omgeving, bij aankomst stonden er twee auto’s maar die vertrokken al vrij snel zodat we de omgeving voor ons zelf hadden na de nodige foto’s weer terug naar de UT-261 en verder noordoost.

We hebben nog een klein oponthoudt als een drietal Navajo Idians een aantal koeien met kalveren bijeen aan het drijven zijn en die lopen midden op de weg, altijd leuk zulke onderbrekingen.

Als we bij de UT-95 komen gaan we links (noord) deze weg is een van de scenic byways van Amerika en het is dan ook volop genieten, ondanks dat het zaterdag is blijkt het erg rustig op de weg dus tuffen we met een gangetje van vijfenveertig mijl per uur richting Hanksville, men mag hier vijfenzestig mijl per uur.

Het is zo rustig dat we een aantal keer gewoon midden op de weg stoppen voor een foto.

We rijden Glen Canyon National Receation Area binnen en even later over de brug over de Colorado River wat maar een miezerig modderstroompje is.

We slaan af naar Hite’s Overlook voor het uitzicht en de lunch, als we naar de rand lopen schikken we van het uitzicht de hele omgeving is droog op een paar plasjes na het enige water wat we zien is van de Colorado River, aan de overkant ligt de boatramp van Hite die is zeker een paar honderd meter lang maar het is gewoon een grote betonplaat is een zandwoestijn de rivierloop ligt waar mogelijk bevaarbaar water inzit is minstens vijfhonderd meter van de boatramp verwijderd.

Zover wij westelijk richting Page kunnen kijken is niets van Lake Powell te zien.

We gaan weer verder en tanken in Hanksville, omdat de tank minder dan een kwart brandstof bevat moeten we tanken om de generator te kunnen gebruiken, daarna gaan we rechtaf de UT-24 oost op om na negentien mijl de Temple Mountain Road op en even later de weg naar Goblin Valley State Park het is enorm druk in deze omgeving we zien langs Temple Mountain Road bijna honderd campers staan met allemaal off the road voertuigen er bij, ook de weg naar Little Wild Horse canyon is enorm druk dit zien we niet zitten dus even overleggen wat te doen.

We laten dit zitten voor een volgende reis en dan niet in het weekend plannen en gaan nu naar Torrey voor de overnachting.

Terug naar de UT-24 en nu west voorbij Hanksville en weer door het schitterende stuk badlands waar trouwens wat meer bedrijvigheid te zien is landbouw en ook meer bewoning, we genieten zoals altijd van dit stuk van de UT-24 en rijden Capitol Reef National Park binnen.

Daar spotten we al vlug twee Deers maar daar blijft het bij, zoals verwacht staat aan de weg dat Fruita campground “Full” is dus rijden we door naar Torrey om daar een plekje te zoeken dat lukt gelijk bij de eerste campground op de hoek van de UT-24 met de

UT-12.

Het is 05:45 als we de camper op zijn plaats zetten dus even ontspannen wat drinken en dan aan het avondeten beginnen.

Gereden: 285 mijl.

Getankt: Hanksville, 26,322 gallon á $ 3,799

Campground: Wonderland RV Park, kosten $ 30,87 met 15% ANWB korting, staat ook zo op het bord, met full hookup en wifi.

 

Dag 21 zondag 5 mei Capitol Reef National Park

 

Het was weer fris vannacht en omdat de dag begon zoals hij gisteren eindigde namelijk bewolkt gaf ook de zon geen warmte.

Na het ontbijt om 08:55am van de campground weggereden en om 09:15am stonden we al op de volgende, Fruita campground binnen het park.

Het “full” bord aan de UT-24 hing nog aan de paal maar we gokken dat het nog van gisteren was en inderdaad bij de campground zelf is het bord al weggehaald.

We nemen een envelopje mee en rijden een rondje om een leuke plek uit te zoeken die groot genoeg is en waar we ook in kunnen draaien, niet alle plekken liggen namelijk even lekker om met een grote camper in te draaien.

We vinden een mooie plek zetten de camper even neer om te kijken of er geen takken tegen de camper of slides komen, envelopje invullen en $$ er in en de slip aan de sitepaal klippen en we hebben een plek voor de nacht.

We laten de campingstoeltjes achter om de plek extra te markeren zo voorkom je misverstanden mocht de slip van de paal waaien.

Bij de uitgang het envelopje in de betaalpaal gedaan en we kunnen de hele dag weg zonder zorgen over een overnachtingsplek.

Eerst even naar het visitorcenter voor een parkmap en wat informatie, daar is het al druk dus moeten we de camper langs de weg parkeren na de nodige informatie even overleggen wat we gaan doen.

Het is zondag dus waarschijnlijk zal het druk worden daarmee vallen de Grand Wash en Capitol Gorge eigenlijk al af, beide zijn dirtroads maar goed berijdbaar alleen is er op het einde geen ruimte om te draaien, zodra er een paar auto geparkeerd staan en anderhalf á twee mijl achteruit rijden met een 34ft is niet iets om op te zoeken.

Omdat we gisteren zeer slecht licht hadden toen we door de badlands net voor het park reden, besluiten we deze route nog een keer te doen dus we nemen de UT-24 oost.

Bij de Historic Fruita School steken twee Mule deers de weg over dus knipperlichten aan en in de remmen, onder een boom bij het schooltje zien we er nog een stuk of vijf lopen maar die blijven daar dus geen probleem.

We rijden op het gemak verder het is nog niet druk dus kan de snelheid wat lager, net buiten de parkgrens zien we een bordje “Notom” dus even op de kaart gekeken blijkt de Notom-Bullfrog Road te zijn die hebben we nog niet gereden dus we gaan eens kijken hoe ver we kunnen komen.

De eerste acht mijl is asfalt daarna krijgen we een stuk weg was naar het lijkt met cement is gestabiliseerd het ligt er in ieder geval net zo goed bij al het asfalt deel, er staat zelfs op sommige stukken een vangrail langs de weg.

Zodra we het park weer binnen rijden wordt het echt dirtroad wat behoorlijk wat wasboord stukken kent dus als het wat te veel gaat schokken en rammelen zoeken we een mogelijkheid om te keren, dat is bij de backcounty campground Cedar Mesa we rijden rustig terug tot we weer buiten het park zijn.

Daar besluiten we een uurtje pauze te nemen, zodat de zon wat verder door kan draaien en we een betere lichtinval krijgen op de schitterende rotsformaties aan de oostkant van de weg, na ook nog de lunch daar te hebben genuttigd gaan we weer verder en maken verschillende stops voor foto’s

Terug op de Ut-24 gaan we nog een stukje oost en draaien bij de zijweg waar men van de Cathedral Valley Loop komt om, ook vandaag werkt de zon niet echt mee maar de kleuren komen toch heel wat beter uit dan gisterenmiddag.

Zo zie je dat zelfs op een drukke zondag de mensenmassa’s te vermijden zijn door wat minder gekende delen van het park te bezoeken.

Na de nodige stops komen we weer bij de zijweg naar de campground maar rijden even door naar Torrey om te tanken, net als gisteren zit de tank onder een kwart en we staan op Fruita dus hebben we de generator nodig.

Op de terugweg nog een paar fotostops en dan de laatste stop voor de campground bij the Grifford Homestead een boerderij die tot 1969 bewoont werd door de Grifford familie nu is het een museum annex shop en in die shop verkopen ze hele lekkere pie, daarvan nemen we er twee mee voor vanavond bij de koffie.

Op de campground lekker buiten zitten tot het door een opstekende wind te fris werd.

We wachten na het eten op de Mule deers die altijd in de vroege avond langs komen, we denken al dat het vandaag niet gaat lukken als rond 07:30pm er ineens een groep verschijnt eerst drie maar al vlug is de groep vijftien vrouwtjes groot jammer genoeg nog geen bambi’s er bij maar aan de buiken van verschillende vrouwtjes te zien kan dat niet lang meer duren, de groep is wat schuw dus verdwijnen ze al vlug in de naast gelegen boomgaard.

Tegen 08:00pm komen er in de schemer nog drie langs deze zijn wat rustiger en blijven wat langer dichtbij staan grazen.

Capitol Reef blijft samen met Yellowstone een van onze favoriete parken in Amerika

Gereden: 103 mijl.

Getankt: Torrey, 26,603 gallon á $ 3,759

Campground: Fruita (NPS) kosten, $ 10,00 geen hookup wel een dumpstation en toiletten.