Andere reisvehalen

Reisverhalen Annie


 

Dag 22 donderdag 16 oktober 2008.

 

Ook vanmorgen konden we het weer rustig aan doen, we hebben afgesproken met Petra van het AllesAmerika forum.

Zij woont met haar familie in Vienna VA en zal ons een dag rondleiden in de haar zo bekende omgeving.

Omdat we om 10:30am hebben afgesproken kunnen we eerst nog een aantal huishoudelijke dingen in de camper doen, zo moet de watertank gevuld worden want die is al ruim ¾ leeg, dus rijden we langs de restroom waar een waterinname punt zit.

Daarna op weg naar Vienna wat een klein half uurtje rijden is.

Rond 10:20 zetten we de camper op de oprit van Petra haar woning en lopen door de voor Halloween versierde tuin naar de voordeur waar we behalve door Petra ook door een zeer vriendelijke hond ontvangen worden, binnen vragen ook de katten om wat aandacht.

Na een eerste kennismaking en een lekker bakje koffie op het voor de mensen die Petra haar blog volgen welbekende deck gaan we met de auto van Petra op weg.

We zullen een bezoek brengen aan Old Town Alexandria waar nog veel van de oude koloniale huizen te vinden zijn die ook in goede staat worden gehouden, er is ook nog een oud stukje straatwerk wat uit door de rivier rondgemaakte keien bestaat.

Heel mooi maar ook hier is het weer jammer dat er gewoon auto’s geparkeerd mogen worden.

Na de lunch te hebben genoten in een oude taverne waar ook George Washington nog gegeten heeft en nog een paar winkeltjes te hebben bezocht verlaten we dit bol van geschiedenis staande stadje en rijden naar Arlington Cemetery, de grote militaire begraafplaats van Amerika.

Dit stond eigenlijk voor morgen op het programma maar samen met een bezoek aan Washington DC zou dat wel eens te veel kunnen worden en nu kwamen we er langs.

Als we van de parkeergarage richting de ingang lopen zie ik als ik mezelf omdraai aan de overkant van de Potomac River het Lincoln Memorial en het Washington Memorial zo liggen.

In het Visitor Center is het erg druk, naar later blijkt worden er verschillende kransen gelegd.

Als we naar de grafheuvel waar de Kennedy familie ligt lopen horen we kanonsaluutschoten waarschijnlijk voor een hoge militair, want we horen ook nog twee keer saluutschoten met geweer, dus in de tijd dat wij er waren werden er minstens drie personen begraven.

Het graf van JFK, zijn vrouw en een zoontje van twee dagen oud is zeer indrukwekkend vooral de eerbied die je er voelt, een aantal jongelui die wat minder eerbiedig op de trappen van het monument gingen zitten, werden door een security beambte gelijk weer op de benen gezet.

Vervolgens zijn we naar de Tomb of the Unknown Solder gelopen, een zeer indrukwekkend monument waar ook 24/7 een erewacht loopt.

Het wisselen van deze wacht hebben we ook bijgewoond daar wordt je dus echt stil van zo mooi.

de inspectie van de wacht, die de aflossing komt doen is indrukwekkend, zowel geweer als persoon worden aan een zeer nauwkeurige inspectie onderworpen voordat de man zijn collega af mag lossen.

De manier van lopen vraagt volgens mij maanden van training.

Alles aan de erewacht is gebonden aanbepaalde regels, zo wordt er een traject van eenentwintig passen gelopen vervolgens staat men eenentwintig tellen stil om dan weer eenentwintig passen in de andere richting te doen.

Op het te lopen traject ligt een rubbermat waarschijnlijk om het marmer er onder te sparen want op het stuk waar onder andere de aflossing plaatsvindt ligt dat niet en zijn de waarschijnlijk miljoenen stappen die daar gezet zijn goed te zien.

Na de aflossingsceremonie hadden we het geluk dat er ook nog twee kansen gelegd werden,ook dit gaat weer volgens een vast patroon, de krans die al op de standaard hangt, wordt aan de andere kant van de tombe op de trappen gelegd.

Vervolgens wordt de nieuwe krans, door vertegenwoordigers van de organisatie waar de krans vandaan komt op de standaard gehangen. samen met een militair.

Vervolgens wordt door een muzikant The Last Post geblazen.

Omdat er nu twee kransen waren heeft degene die als eerste de krans mag plaatsen wel de pech dat hij er maar een paar minuten hangt, want voor de volgende wordt die eerste dus weer op de trappen gelegd.

De kransplaatsing vindt volgens mij alleen plaats gelijk na de wisseling van de wacht.

De dienstdoende wacht staat tijdens de kranslegging in een hokje/tent aan de zijkant van de trappen en begint na de kranslegging weer aan zijn eenentwintig passen heen en weer.

Na deze indrukwekkende ceremonie zijn we nog langs de gedenkstenen van de twee verongelukte spaceshuttles gelopen en hebben we daarna de auto weer opgezocht en heeft Petra ons nog een deel van Vienna laten zien.

Ook zijn we nog even langs het Metrostation en het Pan-Am winkelcenter gereden, omdat we daar vandaan, morgen naar Washington DC willen reizen.

Vervolgens weer naar het huis van Petra gereden en onder het genot van een glas koud drinken nog wat zitten praten tot Rick thuis kwam. Daarna hebben we een heerlijke Tacosoup gegeten.

Nadat Petra en Rick de camper nog even van binnen bekeken hebben zijn we rond 8:15pm in het donker naar de campground terug gereden, dat gaf weinig problemen behalve dat een deel van de route over een niet zo brede en erg golvende weg ging waardoor je geregeld verblind werd door tegemoet komend verkeer.

Vandaag gereden: 19,8 mile.

Campground: Lake Fairfax Park, kosten $ 42,00 met electra, water en dumpstation beschikbaar. De wifi die in het camperboek als aanwezig stond, is er niet meer omdat de firma waar deze van werd afgenomen niet meer bestaat.

 

23 vrijdag 17 oktober 2008.

 

Vanmorgen weer op de normale tijd opgestaan, we willen naar Washington DC en wel met de metro, dus moeten we eerst een klein stukje rijden naar het Pan-Am winkelcenter op een kleine mile lopen van het metrostation, dit omdat het parkeerterreinen bij het station niet geschikt is voor campers. De route naar het metrostation staat vanaf het winkelcenter keurig aangegeven en er is ook een voetpad over heel de route.

Na op het station twee dagkaarten te hebben gekocht, kunnen we zo in de al gereed staande metro stappen die een kleine tien minuten later vertrekt.

We blijven zitten tot Capitol South station en beginnen van daaruit onze wandeling.

Het Capitol is helaas aan voor en achterzijde een grote bouwplaats dus niet dichtbij te benaderen, ook het foto’s maken zonder bouwhek er op valt niet mee.

Vervolgens gaan we naar de US Botanical Gardens, deze is mooi maar niet spectaculair maar dat komt waarschijnlijk omdat wij er al veel gezien hebben en er hier geen bijzondere of zeldzame planten staan.

The Mall volgend en van links naar rechts lopend om verschillende dingen te bekijken is onze volgende stop het Smithsonian Castle waar we een aantal mooie en leuke dingen bekijken zoals de eerst duikklok en eerste Gibson gitaar, een leuke tentoonstelling.

We wandelen weer verder en als we bij het Washington Memorial zijn begint ook de maag te spreken dus besluiten we het Holocaust Museum te bezoeken en daar de lunch te gebruiken.

De lunch lukt wel maar de tentoonstelling niet zo, door een erg onduidelijk bewegwijzering lopen we een beetje in een cirkel zonder veel van de tentoonstelling mee te krijgen.

Via het Washington Memorial waarvan de kaartjes voor vandaag helaas al op zijn lopen de naar het World War II Memorial een indrukwekkend monument met onder andere voor elke staat van Amerika een zuil en een aantal schitterende koperen plaquettes met verschillende gevechtssituaties.

Van hieruit maken we ook een paar foto’s van Reflecting Pool en Lincoln Memorial.

We gaan naar onze laatste stop namelijk the White House.

We lopen via The Elipse, wat niet meer dan een parkeerplaats lijkt met al de auto’s die er staan richting de linkerkant van the White House maar stuiten daar op een afzetting, dus lopen we rond naar de andere kant maar ook daar komen we niet verder. Alles is afgezet en er lopen/staan een heleboel uniformen ook staat er een ambulance en Engine # 13 van de brandweer aan de zijkant opgesteld, er zal wel wat belangrijks te gebeuren staan.

Als we via de zijkant richting metrostation lopen komen er ineens drie helikopters over waarvan er één in de tuin land, schijnbaar wordt de heer B thuisgebracht.

Waarom een aantal jongedames die vlak bij ons staan gaan staan springen en zwaaien ontgaat mij maar dat zal wel aan mij liggen.

Wij vervolgen onze weg richting metrostation en dalen daar drie verdiepingen ondergronds om bij de metro richting Vienna uit te komen.

Eenmaal in Vienna is het nog een kwartiertje lopen naar de camper.

Als we weg willen rijden blijkt de accu leeg, vanmorgen het licht aan laten staan en omdat we door de zijdeur waren uitgestapt was er geen alarm afgegaan.

Gelukkig heeft een camper een knop waarmee je de accu van het woongedeelte als backup voor de motoraccu kan gebruiken en door die in te drukken startte de motor gelijk.

Na een half uurtje rijden waren we op de campground waar eerst de benen een uurtje ophoog gaan. Gelukkig hadden we gister Arlington Cemetery al bezocht want dat was vandaag echt te veel geweest.

Vandaag gereden: 21,6 mile.

Campground: Lake Fairfax Park, kosten $ 42,00 met electra, water en dumpstation beschikbaar. De wifi die in het camperboek als aanwezig stond, is er niet meer omdat de firma waar deze van werd afgenomen niet meer bestaat.

 

Dag 23 zaterdag 18 oktober 2008.

 

Vandaag verlaten we de omgeving van Vienna maar blijven vandaag nog wel in Virginia, we gaan we richting de kust.

Via de I-495 gaan we naar de I-95 om bij Fredericksburg de US-17 op te gaan, deze wordt weer aangegeven als scenic route en brengt ons door een glooiend landschap met afwisselend bouwland en bos naar Gloucester Point waar we via een brug over de York River naar Yorktown rijden.

Deze brug is een tolbrug als men westbound gaat, voor ons nu dus vrij.

Onderweg zien we ook hier een begin van de fall foliage maar dat is nog niet zoveel, eer het hier op zijn top is zijn wij waarschijnlijk al weer thuis

In Yorktown ligt een flink stuk Amerikaanse geschiedenis, in 1781 vond hier de laatste grote veldslag van de Amerikaanse onafhankelijksoorlog plaats.

De stad was in handen van de Britten onder leiding van generaal Charles, Lord Cornwallis en werd belegerd door het gecombineerde Frans-Amerikaanse leger onder leiding van Comte Jean Baptiste de Rochambeau en generaal George Washington, deze heren slaagde er in om de Britten op 17 oktober 1781 op de knieën te krijgen waarna op 19 oktober 1781 de volledige overgaven in Yorktown plaats vond.

De volledige onafhankelijkheid werd in september 1783 een feit met het verdrag van Parijs.

Toen wij bij het visitor center aankwamen stapten daar ook net een hele groep Amerikaanse soldaten uit met oude geweren, zij gingen oefenen voor het naspelen van deze laatste slag, welke vanavond opgevoerd zou worden want morgen is het 19 oktober. Voor ons te laat omdat we nog een stuk verder moeten, wel jammer want mogelijk zijn ze dan ook in de oude kleding gestoken nu lopen ze in het hedendaagse uniform.

We gaan weer verder en volgen de US-17 tot die samenkomt met de I-64 die we verder volgen tot we bij Hampton via een brug-tunnel combinatie Hampton Roads oversteken naar Norfolk.

Vervolgens nemen we de US-13 noord en moeten daar Chesapeake Bay over om op Virginia’s Eastern Shore te komen. Tussen deze twee delen van Virginia zit wel een kleine zeventien mile water.

Dit hebben ze overbrugt met drie stukken brug van in totaal twaalf mile, twee tunnels van elk één mile en nog vier kunstmatige eilanden waar de brug overgaat in tunnel.

Vervolgens nog een kleine brug (de vierde dus) tussen Fisherman Island National Wildlive Refuge en de kust van Eastern Shore waar we ook gelijk de campground voor vandaag vinden.

Onderweg zagen we de benzineprijs steeds verder zakken en toen we een pomp zagen die maar $ 2,599 voor een gallon wilden hebben is de tank weer gevuld, het was wel een hele trage pomp het duurde bijna een kwartier op ruim zevenentwintig gallon er uit te krijgen.

Vandaag gereden:232 mile.

Getankt: Gloucester VA, 27,678 gallon á $ 2,599

Campground: Sunset Beach Resort, kosten $ 38,45 met full hook-up en wifi.

Niet echt een resort maar een onderdeel van een Best Western motel met eigenlijk alleen maar seizoen plaatsen waar je als passant een plaats kan krijgen als er een van de vaste bewoners weg is, omdat het eind van het seizoen is er (gelukkig) ruimte, zodat we kunnen wassen en gebruik maken van de wifi, zodat we de website en weblog na bijna een week weer bij kunnen werken.

 

Dag 24 zondag 19 oktober 2008.

 

Vanmorgen op het gemak gestart en eerst nog contact gemaakt met het thuisfront, omdat we een aantal dagen zonder internet hebben gezeten was dat op een sms’je na niet mogelijk.

Als we gaan rijden krijgen we eerst nog een stuk US-13, dit blijkt een vreselijk saai stuk weg te zijn.

Eenmaal in Maryland gaan we al vlug naar de US-113 die er al wat mooier uitziet, daarna via de US-50 naar Ocean City gereden. Dit is echt een badplaats, voor onze Belgische lezers “Knokke-Heist”is nog mooi en groen als je Ocean City hebt gezien.

Iedere vierkante centimeter is belegd met asfalt of beton is het geen hotel of winkel/eettent dan is het wel een parkeerterrein of een weg.

De parkeerterreinen horen allemaal bij de hotels en zijn alleen voor de gasten.

Parkeerterreinen bij de winkels/eettenten kennen allemaal een maximale tijd dat men er mag staan dus voor dagrecreatie is hier geen ruimte.

De enige vrije (onbebouwde) ruimte is zo’n 30 meter brede duinrand met daaraan nog zo’n 25 meter breed strand.

Gelukkig liggen er op deze kuststrook nog een paar State Parken zodat er nog wat natuur overblijft, deze State Parks zijn voornamelijk op de strandrecreatie gericht maar er liggen ook een paar trails voor de wandelaar.

Op een verlaten parking van het Fenwick Island State Park gebruiken we de lunch en kijken nog even op het strand.

Er staat vandaag trouwens een harde wind waardoor de ocean grote golven met witte schuimkoppen heeft.

We vervolgen onze weg richting Deleware Seashore State Park, daar hadden we eigenlijk de overnachting gepland maar gisteravond hadden we al besloten een stuk door te rijden zodat we morgen dichter bij Philadelphia zijn.

Maar goed ook want de weg naar de campground staat over de volle breedte onder (zo te zien) een flinke laag water, het was ons al eerder opgevallen dat het water soms maar een paar centimeter lager stond dan de weg waar we op reden.

De campground lag aan de baaikant van het (schier)eiland dus of het nu veel geregend had of dat er een hoge vloed stond met die wind weten we niet.

Het State Park koste (voor out of state auto’s) $ 8,00 wat wij voor een paar foto’s maken te veel vonden, bij minder wind hadden we nog een hike willen doen.

We zijn dus maar omgedraaid en toen vonden we ook nog (de eerste in het wild) paar cactussen in de berm van de toegangsweg. We rijden over kleinere wegen naar New Castle waar we een motel met campground gevonden hadden via S&T.

Daar aangekomen kregen we te horen dat men in verband met een stroomstoring geen gasten kon ontvangen.

Wat nu want veel campgrounds zitten er niet in deze omgeving, T-T gevraagd om te zoeken en die vond er één op vier en één op zes mile van waar we stonden.

Nou # 1 was een mobilehome park en #2 zou midden in een upperclass wijk moeten liggen dus de campground gegevens die T-T heeft kan men niet op vertrouwen.

Even het grote boek er bij en gaf aan dat er een in Clarksboro NJ zat op een kleine dertig mile.

Deze was vlot gevonden zodat we op 6:20pm een plekje hadden, we konden nog net voor het donker werd alles aansluiten. Nadat we de route voor de komende dagen even bekeken hebben kwamen we tot de conclusie dat we net zo goed voor twee nachten hier kunnen blijven.

De campground die voor morgen gepland stond is maar twintig mile verder, heeft geen wifi en ligt verder van de campground voor de laatste nacht dan deze.

Vandaag gereden: 272,4 mile.

Getankt: Smyrna DE, 24,254 gallon á $ 2,659.

Campground: Timberlane Campground, kosten $ 37,85 met full hook-up en wifi.

 

Dag 25 maandag 20 oktober 2008.

 

Omdat we maar op een klein half uur van Philadelphia zitten en niet in de ochtendspits willen zitten zijn we rond 9:15am pas van de campground weggereden.

We konden dan ook zonder oponthoud naar de stad rijden via de I-265 en I-76 over de Walt Whitman bridge, Dit is een tolbrug en er staan borden dat het $ 4,00 per auto kost, voor een camper rekenen ze echter wel $ 12,00.

Via de I-95 naar Penn’s Landing gereden daar had ik via Google Earth een heleboel parkeerplaatsen gezien, deze behoren echter allemaal aan restaurants en hotels toe, dus mag men er alleen staan als men daar naar toe gaat.

Eerst in de buurt van pier 19 gekeken daar waren wel plaatsen op een braakliggend terrein maar de buurt/omgeving zag er niet echt fris uit.

Vervolgens een draai door de stad gemaakt maar daar waren de buiten terreinen vol en garages zijn te laag.

Op de weg richting stad hadden we al een aantal winkelcentra gezien in de buurt van pier 40 dus die kant op en een plek gevonden bij het Riverview winkelcentrum aan Columbus Blvd.

Langs Gloria Del Church (Old Swedes’) naar de voetgangersbrug bij South Street gelopen en daar de stad in, via South Street tot 6th Street en via deze naar Washington Square.

Dit park is gewijd aan de honderden Amerikaanse krijgsgevangenen die hier begraven liggen nadat zij aan verwondingen en ziekte overleden waren tijdens de Britse bezetting van 1777.

Er is ook een graf van de onbekende soldaat waar 24/7 een vlam bij brand.

Verder over 6th street langs Independence Square met Independence Hall, dit gebouw kan men (met een gids) bezoeken op gezette tijden (gratis) tickets zijn af te halen in het Idependence Visitor Center.

We hebben nog even gekeken voor kaarten maar de nog beschikbare tijden waren voor ons niet zo gunstig.

Volgende stop Liberty Bell Center, waar we de beroemde bel bekijken. Hier moet men net als in verschillende andere gebouwen wel even in de tas laten kijken voor men naar binnen mag.

Na een bezoek aan het Visitor Center lopen we via het Free Quaker Meeting House, wat helaas gesloten is, naar de US Mint.

Hier mag men niet met tas, fototoestel of mobiele telefoon naar binnen, dus zegt de man bij de ingang dat we om de beurt de half uur durende tour moeten maken, dacht het niet, dus laten we dit maar zitten.

Vervolgens naar het National Constitution Center waar we de lunch gebruiken.

Daarna bekijken we een hele serie oude gebouwen van de buitenkant en komen ook nog een paar oude met ronde rivierkeien belegde straatjes tegen.

Je vindt hier trouwens nog verschillende straatje die precies breed genoeg zijn voor één auto.

Als laatste gebouw bezoeken we het Independence Living History Center waar ze alle materialen die men bij verschillende opgravingen gevonden heeft bewaard en zo ver mogelijk probeert te herstellen.

We krijgen daar van een heer die bezig is met de gevonden spullen te sorteren een uitleg van hoe en wat, toevallig had ik bij het Liberty Bell Center staan kijken naar de met balken uitgezette contouren van de President’s House Site waar dus een groot deel van de spullen vandaan kwamen.

Voor mensen die graag puzzelen, ze zoeken nog vrijwilligers om een hele hoop scheven te sorteren en vervolgens deze scherven weer tot bord en kan te plakken.

Via het Irish Memorial, waar een schitterende beeldengroep staat gewijd aan de zeer bare omstandigheden waarin deze mensen naar Amerika kwamen, lopen we naar de voetgangersbrug die bij Walnut Street weer over de I-95 naar Penn’s Landing gaat.

We gaan langs de waterkant weer richting Pier 40 en komen onderweg nog een oude onderzeeër en een ramschip tegen daar ligt ook een viermaster wat een restaurant is, maar dat is volgens mij een replica, want hij heeft masten van staal.

Aan de overkant van de Deleware River ligt het Battleship “New Jersey” wat nu een memorial en museum is.

Eenmaal terug bij de camper nog even wat laatste boodschappen gedaan en dan willen we via de Benjamin Franklin Bridge weer richting campground.

Nu komt een naar mijn gevoel een gebrek van T-T naar voren, de afslagen liggen soms zo dicht op elkaar dat hij te laat aangeeft dat je er af moet ook aan de andere kant van de rivier op weg naar de I-265 zuid komt hij te laat met een baanwisseling en wil hij dat we afslaan terwijl de weg door een permanente betonnen afscheiding is verdeeld.

Na wat omwegen en binnendoor routes toch weer op de goede route gekomen.

Vandaag gereden: 53,6 mile.

Campground: Timberlane Campground, kosten $ 37,85 met full hook-up en wifi.

 

Dag 26 dinsdag 21 oktober 2008.

 

Vanmorgen weer op het gemak gestart we moeten op deze laatste volle dag niet zo ver en echt veel staat er ook niet op het programma.

Rond 10:00am van de campground weggereden en via de I-295 en I-195 richting Freehold gegaan.

Eerst nog een stukje door gereden om het Allaire State Park te bezoeken.

Dit park is opgezet rond een oud dorpje wat in 1822 is opgebouwd om de werkers van the Howell Works onderdak te geven in de buurt van een ijzer winning die de New York City steam engine Works van ijzer moest voorzien voor het maken van boilers voor die stoommachines.

Het geheel was eigendom van James P. Allaire die inzag dat een zelf voorziende gemeenschap, gezien de grote afstand tot de bewoonde wereld beter zou werken.

Het was dan ook een compleet dorp met winkel, smidse, timmermanswerkplaats, bakkerij, kerk, school en postkantoor.

Het geheel was volop in bedrijf tussen 1822 en 1848. In 1850 ging James P. Allaire met pensioen en verhuisde hij naar dit dorpje waar hij tot zijn dood in 1858 woonde.

Bijna het volledige dorp staat er nog alleen een deel van de arbeiderswoningen zijn gesloopt.

De rest is hersteld en nu een soort openlucht museum wat voornamelijk in het weekend geopend is, door de week kan men er wel rondlopen maar zijn alle gebouwen gesloten.

In het weekend vraagt men een intree door de week is het vrij.

Bij het park hoort ook een oude railroad. De Pine Creek railroad waar men in het weekend een ritje kan maken met oude stoomtreinen.

Het waarschijnlijk mooie materiaal stond helaas allemaal binnen in een paar loodsen, wat we buiten konden zien was een aantal roestige voertuigen en locomotiefjes.

Tijdens onze wandeling door het dorp zagen we op een grasveld een aantal grote marmotten, waarschijnlijk van die geelbuik marmotten maar toen we wat dichterbij wilden voor een foto’s schoten ze allemaal hun hol in.

Er zijn in dit park een aantal trails uitgezet en er is volop picknick mogelijkheid.

Jammer was dat we nergens een folder konden vinden over het park en zijn wandelmogelijkheden, er lagen alleen wat evenementen folders, maar geen verdere parkinformatie.

Doorgereden naar Freehold waar Annie er nog in slaagde om een nieuw kleedje voor de AllesAmerika Meeting op 1 november te vinden.

Daarna richting campground gereden, een campground die door Road-Bear werd aangegeven als dichtbij het verhuurstation bleek een campground van de Fish and Wildlife Management te zijn en had geen voorzieningen.

Voor een laatste nacht waarbij de camper schoongemaakt moet worden zijn stroom en water aansluiting toch wel gemakkelijk dus zijn we doorgereden naar de campground die ik zelf al in de TL-directory had opgezocht, deze ligt trouwens aan dezelfde weg op een kleine drie mile van de eerste.

De rest van de middag rustig aan gedaan en na het eten poetsen en koffers pakken wat om 8:00pm dus ook al weer klaar was.

Vandaag gereden: 100,8 mile

Getankt: Howell NJ, 34,714 gallon á $ 2,679

Campground: Pine Cone Resort, kosten $ 48,00 met full hook-up en wifi.

 

Dag 27 woensdag 22 oktober 2008.

 

Vanmorgen op tijd opgestaan en de laatste spullen zoals beddengoed en toilettassen ingepakt.

Alle overtollige spullen bij elkaar gezet zodat we dat straks in de vuilcontainer kunnen mikken.

Vervolgens de beide vuilwatertanks geleegd en nagespoeld met schoonwater.

Omdat dit ssort klusjes altijd langer duren dan je eerst denkt de kustroute die we nog ingedachte hadden geschrapt en een rechtstreekse koers uitgezet naar het verhuurstation van Road-Bear.

Deze route brengt ons gelijk aan de goede kant van de NJ-36 zodat we de camper af kunnen tanken en ook de lpg-tank kunnen vullen.

Om 10:00am draaien we het terrein van Advetures on Wheels (de vertegenwoordiger van R-B aan de oostkust) op.

We halen al onze bezittingen uit de camper en ondertussen komt één van de medewerkers aanlopen om de camper te inspecteren, wat we net als bij het begin van de reis gezamenlijk doen.

Er staan al heel wat campers dicht tegen en achter elkaar aan de achterkant van het terrein, waarschijnlijk zijn die allemaal al winterklaar gemaakt en komen het terrein niet meer af of ze moeten verkocht zijn.

Tijdens de inspectie vraagt de jonge man die ons helpt of ik de persoon ben die dit voorjaar een Freelander vanuit Middlebury heb weggebracht en als ik dat bevestig wil hij natuurlijk heel graag weten hoe de Outlook dan bevallen is ten opzichte van de Freelander.

Hierna volgt een geanimeerd gesprek over de verschillen tussen de beide camperbouwers.

Na de inspectie naar binnen om samen met Diane de verdere papierwinkel af te werken.

We hebben flink wat meer mijlen gereden (595) en ook één uur generator (á $ 3,00) wordt verrekend.

Omdat wij de laatste zijn die vandaag een camper inleveren en er geen nieuwe weggaan hebben we daarna nog wat tijd om wat te praten waarbij we leren dat er nog maar een paar langere verhuren zijn en voor de rest een aantal weekend verhuren in verband met het American voetbal seizoen waarbij men een camper huurt om naar een uitwedstrijd van de favoriete club te rijden. Ook wordt er nog wat over verzekeringen gepraat waarbij duidelijk wordt dat de Amerikaanse verzekering niet geldig is voor schade als die men op een private campground krijgt omdat die verzekeringen niet gelden op private proportie en in de voorwaarden van (de meeste) campgrounds staat dat de eigenaar geen verantwoording neemt voor schade geleden op zijn terrein, iets om rekening mee te houden.

Rond 11:30 uur worden we naar het vliegveld gebracht waar we om 12:00 uur, nu kan het lange wachten beginnen.

We vliegen op 20:30 uur dus zal de incheck rond 17:30 zijn, gelukkig beginnen ze om 16:30 al zodat we de koffers kwijt kunnen. Dit gaf in eerste instantie even wat zoek werk omdat ook Air India vanaf dit vliegveld werkt, navraag leerde dat Jet Airways (India) het India niet gebruikt dus was het daarna vlug duidelijk waar we moesten zijn.

De vlucht zat bijna vol en als er in totaal 20 Europeanen/Amerikanen aan boord waren was dat nog veel voor de rest waren het allemaal mensen uit India die vanuit Brussel weer naar verschillende bestemmingen doorvlogen. We vertrokken een half uur te laat door een file richting startbaan, er gingen rond die tijd veel vluchten richting Europa de lucht in.

Eenmaal los van Amerikaanse bodem hadden we een schitterend zicht op het verlichte Manhattan, helaas gingen we kort daarna door een wolkenlaag zodat we voor de rest weinig meer van onder andere Boston gezien hebben.

De verzorging aan boord was weer uitstekend met de aantekening dat men voor wat te drinken tussendoor even naar de keuken moet lopen.

Er loopt in tegenstelling tot veel andere Airlines nog een goede bezetting aan cabinepersoneel rond die allemaal goed Engels spreken.

We hadden een piloot die vlug naar Brussel wilden want er werd bij vertrek al aangegeven dat de vlucht zes uur en zes minuten zou duren, daar kwamen een paar minuten bij omdat de gate in Brussel nog niet vrij was.

Vandaag gereden: 21,2 mile.

Getankt: West Keansburg NJ, 5,928 gallon á $ 2,699.

Campground: geen aan boord van Jet Airways.

 

Dag 28 donderdag 23 oktober 2008.

 

Nadat we een heerlijk ontbijt naar binnen hadden gewerkt zette het vliegtuig de daling in we zaten ondertussen al boven de Noordzee en nog steeds gedeeltelijk boven de wolken. Eenmaal boven België krijgen we zicht op de grond onder ons en ik moet zeggen dat ziet er veel mooier uit dan de aanvlieg route naar Schiphol waar je over keurig rechte waterlopen en weilanden vliegt zie je rond Brussel nog mooie kromme percelen bouwland afgewisseld met kleine dorpjes en stukken bos die voor een deel ook nog eens in herfstkleuren getooid zijn.

Eenmaal aan de grond moeten we nog even wachten tot we aan de gate terecht kunnen en omdat we bijna helemaal achterin zitten neemt uit uitstappen ook even tijd in beslag. Ondertussen krijgen we al een telefoontje van onze taxichauffeur dat hij in de aankomst hal staat.

Eerst langs de grenscontrole en dan naar de bagagebanden en even kijken op welke band onze koffers moeten komen. Band 1 als we daar staan en ik toevallig naar Band 2 kijk zie ik daar een bekende koffer aankomen, nu zijn er meer zwarte samsonite koffers maar meestal niet met een regenboogkleurige kofferriem en als aan de andere kant de bekende AllesAmerikasticker zit is het vlug duidelijk. Koffer twee en de beide reistassen komen er gelijk achteraan zodat we binnen één minuut al onze bagage hebben. Na bij de douane aangegeven te hebben dat er behalve een nieuw kleedje voor |Annie geen dingen zijn om aan te geven mogen we doorlopen.

Onze taxichauffeur is vlug gevonden ten eerste was het dezelfde persoon als die ons weggebracht had en hij stond ook nog eens met een bord voor de buik waar onze naam opstond. Koffers in de taxibus en naar het hotel waar ons groene koekblikje trouw stond te wachten, het enige wat daar aan te zien was na vier weken op de parking staan was een laagje stof.

Na een tussenstop bij de ouders van Annie die blij waren dat we weer heelhuids in Nederland waren koers gezet naar Biggekerke waar op het garagepad al drie katten liepen die ook weer blij waren dat de bewoners van hun huis thuiskwamen. Alles uitladen even de belangrijkste post doornemen en toen allebei een paar uur de ogen dicht gedaan. Onze tiende Amerikareis zit er helaas weer op.

 

Epiloog.

 

Dit was een reis door een gebied waar we nog maar weinig van kenden.

Waarbij we de eerste week helaas veel regen hadden waardoor we een aantal dingen hebben moeten schrappen.

De Fall Foliage was schitterend en iets wat al lang op het verlang/te doen lijstje stond.

Het noordoosten van Amerika is een vaak vergeten maar prachtig gebied met veel natuurschoon en (als men dat wilt) veel grote steden.

Het is minder ruims dan het zuidwesten maar veel groener en het minder ruime maakt ook dat je minder grote afstanden moet afleggen.

Voor het reizen met een camper de wegen zijn over het algemeen ruim maar bij restaurant is men niet berekend op grote voertuigen.

Ook de steden zijn er minder ruim van opzet dus is een goede OV wel gemakkelijk voor stad bezoek.

Er zijn veel minder campgrounds dan in het (zuid)westen en vele sluiten al begin tot half oktober, zeker boven New York City moet men daar rekening mee houden.

Veel campgrounds hebben veel seizoensplaatsen waardoor er voor de rondtrekkende campers minder plaatsen vrij zijn.

De campgrounds zijn een stuk duurder dan in het westen, zelfs de State en Nationals zonder voorzieningen vragen zonder schroom $ 20,00 per nacht.

Ze hebben minder full hook-up meestal water en stroom met een dumpstation of sewerservise voor het vuilwater. Ook kan er op veel campgrounds alleen gedoucht worden tegen betaling.

Punten waar men tijdens het plannen van een reis door dit gebied rekening mee kan houden maar die zeker geen reden zijn om die prachtige deel van Amerika over te staan.

Deze reis hebben we 3595 mile gereden, waarvoor we 439.986 gallon brandstof nodig hadden die gemiddeld $ 3.195 kosten de hoogste prijs die we betaalden was $ 3,717 de laagste was $ 2,539 een verschil van $ 1.178 in vier weken waarbij vooral de laatste twee weken de prijzen hard onderuit gingen.

Tijdens deze reis deden we 13 staten aan waarvan er 10 nog nooit door ons bezocht waren.

Als laatste een woord van dank aan Petra en haar familie voor de vriendelijk en zeer hartelijke ontvangst in Vienna VA en de schitterende dingen die ze ons heeft laten zien op de dag dat ze ons door haar omgeving heeft rondgeleid.